Herichthys tepehua (de la Maza-Benignos 2014)
Vanwege de uitzonderlijke blauw-groene kleur stond deze vis lange tijd bekend onder de naam Herichthys sp. Turquoise. In 2014 werd hij door Mauricio de la Maza-Benignos beschreven als Herichthys Tepehua. Verwijzend naar de etnische minderheid de “Tepehua Indianen” in Oost Mexico. Die Indianen noemen deze vis overigens Mojarra azul criolla.
De la Maza-Benignos M. et al. 2014. Phylogeographic analysis of genus Herichthys Perciformes Cichlidae with descriptions of Nosferatu new genus and H. tepehua n. sp.
-- Cichlid Room. 2005. Herichthys ID (Pantepec and Poza Rica) By Willem Heijns.
-- Danko D. 2002. Collecting, Maintaining and Spawning the Turquoise Herichthys
-- De la Maza Benignos M. et al. 2014. Phylogeographic analysis of genus Herichthys Perciformes Cichlidae with descriptions of Nosferatu new genus and H tepehua n. sp.
-- De la Maza Benignos, Mauricio. 2005. Where the Huasteca Meets Totonacapan, Uncovering the missed out Herichthys.
-- Heijns W. 1991. “Cichlasoma” sp. “Pantepec” Het Cichliden jaarboek Volume 1. blz 72
commentaar red., de foto van C. sp. “Pantepec” is verwisseld met die van C. sp. “Poza Rica”.
-- Heijns W. 1991. “Cichlasoma” sp. “Poza Rica” Het Cichliden jaarboek Volume 1. blz 73
commentaar red., de foto van C. sp. “Poza Rica” is verwisseld met die van C. sp. “Pantepec”.
-- Pérez-Miranda F. et al. 2017. Phylogeny and species diversity of the genus Herichthys.
Deze sterk tot de verbeelding sprekende Cichlide, wiens status en distributie lange tijd de gemoederen heeft bezig gehouden, is mogelijk in het wild reeds uitgestorven. En dat, vóór er ook maar iets over de levenswijze van deze vis bekend is. De variant uit de río Cazones is in ieder geval zo goed als volledig verdrongen door Thorichthys maculipinnis, welke hier als een invasieve exoot het habitat van H. tepehua heeft overgenomen. Mauricio de la Maza-Benignos kon de soort na een lange speurtocht enkel nog terugvinden in één van de restpoeltjes langs de hoofd-rivier. Deze dieren bevonden zich bovendien in erbarmelijke conditie. Volgens Mauricio hebben resterende populaties zich teruggetrokken naar de meest geïsoleerde zijriviertjes met troebel water, alwaar de beperkte zichtbaarheid ze beschermt tegen lokale speervisserij. Helaas is H. tepehua nog niet geëvalueerd door de IUCN voor een positie op de rode lijst. De soort staat al wel op de CARES-list, een bewustzijn en conservatie initiatief van Claudia Dickinson.
“Turquoise” noemde Don Danko deze vis, die hij samen met Willem Heijns tijdens een vangreis in Midden-Mexico maakte. En verder “De schoonheid van deze vis is adembenemend”. Het was 1989, toen beide mannen door de provincie Veracruz reden op zoek naar Herichthys-soorten ten Zuiden van H. carpintis-gebied en het was in deze provincie waar zij de nog nooit eerder geziene Turquoise Cichlide vingen. Met veel moeite wisten zij er die dag een dozijn te vangen waarvan enkelen Europa levend bereikte. Vele jaren later ontspon zich een discussie over “waar precies” deze bijzondere kleurmorf ook al weer gevangen was. Hadden ze de vis in het plaatsje Alamo buitgemaakt, of was het de rivier die door het plaatsje Poza Rica stroomt? Mauricio, die lang in dit gebied gewoond had, kwam uiteindelijk met het verlossende antwoord. In zowel de río Pantepec, die door het plaatsje Alamo stroomt, als de río Cazones, welke door Poza Rica kronkeld, komt een “Turquoise” Herichthys voor. Jaren later beschreef diezelfde Mauricio deze vis als Herichthys tepehua.
Er bestaan verschillende varianten van H. tepehua, geografisch verdeeld over de stroomgebieden waarin ze voorkomen. Grondkleur olijf-groen tot Perzisch turquoise, waarbij Mauricio aangeeft dat deze basiskleur lang niet bij alle individuen zichtbaar is en dat dit waarschijnlijk met dominantie te maken heeft. Jonge dieren vertonen vaak meer geel-tinten. De basiskleur van de Tenixtepec-variant is meer bruinachtig, met lichtere buikzone. H. tepehua vertoont verder een rood strepen-patroon op kop en wangen. Bij de Pantepec-variant zijn vooral de twee strepen tussen oog en bovenlip erg opvallend. Bij de Cazone, Tenixtepec, Tecolutla en Solteros varianten zijn deze strepen onderbroken. Een zwarte vlek, of donkere zone, in het midden van de rugvin kan zowel bij vrouwen als mannen voorkomen. Soms ook een roze plek op de kieuwdeksels. De schubben, in het centrum goudgeel, ruitvormig omzoomd door turquoise, geven de flanken een netvormig uiterlijk. Dorsale en anale vinnen hebben dezelfde kleur als het lichaam. Lengte maximaal 18 cm bij de vrouwen en 23 cm bij de mannen.
Er bestaat geen consensus over de status van deze vis. Mauricio de la Maza-Benignos erkent dat H. tepehua een sterke verwantschap vertoont met H. deppii. De verschillen die hij noemt: 'n langere kop, smallere anaalvin-basis, grotere ogen en twee opvallende lijnen onder de ogen, zijn dan ook zeer summier en op de lijnen na, alleen met meetinstrumenten te constateren. Ook de kleur is geen sterk diagnosemiddel. Turquoise komt ook voor bij H. deppii, zie de foto's van Lee Nuttall bij de beschrijving van H. deppii https://www.nvcweb.nl/visbeschrijvingen/midden-amerika/herichthys-deppii-heckel-1840, Kleuren kunnen bovendien met externe factoren te maken hebben zoals voeding of de aanwezigheid van bepaalde mineralen in het water.
Anderen, zoals Pérez-Miranda 2017, gaan daarom een stap verder en gebruiken met name genetische argumenten om het minieme onderscheid dat Mauricio maakt, nog verder te ondermijnen. Er moet daarom serieus rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat H. tepuha een kleurmorf van H. deppii blijkt te zijn. De toekomst zal dit hopelijk nog uitwijzen, maar dan moet er snel een einde komen aan habitatverlies, vervuiling en overbevissing en lokale overheden zouden serieus werk moeten maken van milieubescherming. Een endemisch voorkomende soort zou hierbij dan goed van pas komen.
Meest Noordelijk in de bovenloop van de río Tuxapan, de río Pantepec. Hier komt ook het holotype vandaan. De bovenloop van de río Pantepec ligt op sommige plaatsen nog geen 4 kilometer van de Rio Cazones vandaan. Dit is de eerstvolgende rivier in Zuidelijke richting waar H. tepehua voor hoort te komen, maar waar ze vervangen lijkt te zijn door Thorichthys maculipinnis. Verder naar het Zuiden reikt haar oorspronkelijke verspreidingsgebied tot in de río Tenixtepec en de río Tecolutla. Meest Zuidelijke vindplaats is de río Solteros welke in verbinding staat met de río Nautla alwaar het verspreidingsgebied van H. deppii begint. De verschillende geografische varianten zijn, zo niet uitgestorven, overal uiterst zeldzaam.
Studies of rapporten over het natuurlijk gedrag van H. tepehua ontbreken.
Over het foerageergedrag in de natuur is niets bekend, maar in het aquarium gedraagt ze zich als een omnivoor.
Zoals gezegd staat deze vis op de CARES-list. Het verdient dus aanbeveling deze vis in georganiseerd verband na te kweken. https://caresforfish.org/?page_id=36 . Hiermee kan geprobeerd worden de soort (in ieder geval ex-situ) te behouden. De kweek van H. tepehua stelt geen bijzondere eisen aan kweker of setup en is vergelijkbaar met andere Herichthyssen. Don Danko bereikte veel succes met bakken van nog geen 300 liter. Hierin werd de soort paarsgewijs tot broeden gebracht. De broedkleuren bestaan uit accentuering van dwarsbanden op de achterste helft van het lichaam en een zwarte kin en buik. Dit in contrast met een wittige voorste helft van het lichaam. De ongeveer 500 eieren worden bij voorkeur op een horizontaal oppervlak afgezet. De broedzorg is zoals bij andere Herichthyssen. Jongen worden door beide ouders van kuil naar kuil gesleept. Op een dieet van artemia, (later cyclops) en spirulina groeien de jongen als kool. Bij voldoende waterverversing, drie cm in acht weken.
Een exceptioneel mooie vis voor in het aquarium. Toch wordt de vis weinig gehouden. Er is zodoende ook weinig informatie over de aquarium-verzorging beschikbaar. Volwassen dominante mannen kleuren na een geel-groen gevlekte overgangsfase volledig turquoise. Vrouwen blijven meestal in deze overgangsfase hangen. Gezien de hoge intraspecifieke agressie, is het als paar samenhouden met ander grote M-Amerikaanse Cichliden, wellicht de beste optie. De waterkwaliteit is waarschijnlijk belangrijker dan de watersamenstelling. Temp 24-28 C.