Chindongo heteropictus (STAECK, 1980)
Deze soort is beter bekend onder de oude naam: Pseudotropheus sp. "Newsi". De wetenschappelijke naam van deze soort is gebaseerd op het feit dat de mannetjes er heel anders uitzien dan de vrouwtjes. "heteropictus" betekend anders gekleurd en dat is zeker van toepassing. Helaas wordt de naam nog wel eens verkeerd gebruikt voor P. msobo achtige soorten en voor P. "black dorsal" soorten. Deze verschillen toch duidelijk van de echte soort, al was het maar het feit dat de volwassen mannen van C. heteropictus egaal blauw zijn.
Staeck, W. 1980. "Pseudotropheus heteropictus" n. sp. aus dem Malawi-See (Pisces: Cichlidae). Senckenb. Biol. 159-162
Konings, Ad. Malawicichliden in hun natuurlijke omgeving (3de oplage). Cichlid Press 2001.
Zoals op de foto te zien is, is het mannetje mooi egaal blauw gekleurd. Er zit een klein beetje zwart in de rugvin; de aarsvin, staartvin en buikvinnen hebben meer zwart, met een witte zoom. Het vrouwtje is oranje gekleurd met soms wat zwart in de vinnen. De vrouwtjes zijn op die manier dus slecht te onderscheiden van de vrouwtjes van P. saulosi (de mannetjes verschillen wel heel duidelijk van elkaar). Jonge vissen zijn allemaal oranje, maar na een paar maanden beginnen de mannetjes blauw te worden. Beide soorten hebben eivlekken in de aarsvin, al zijn ze bij het mannetje talrijker en duidelijker. Het is geen grote soort, want groter dan 10 cm zullen zowel de man als de vrouw niet worden.
Het gebied rond Chisumulu
C. heteropictus is niet overdreven agressief, maar ook zeker niet schuw. Aangezien het geen al te grote vis is, zal het mannetje niet snel andere soorten overheersen. Twee mannetjes in 1 aquarium is echter niet aan te raden omdat op den duur toch 1 van de 2 het onderspit zal moeten delven. De vrouwtjes zwemmen normaal gesproken rustig door de hele bak en worden dan aangebaltst door het mannetje. Zodra de vrouwtjes eieren hebben zitten ze veel tussen stenen en planten.
In het meer eet deze soort vooral Aufwuchs, maar in het aquarium eten ze alles. Let er dan wel op dat de vissen genoeg ballaststoffen krijgen en niet te dik en te vet worden.
Deze soort kweekt makkelijk. Er zullen in een showaquarium wel wat jongen kunnen overleven, maar als ze ter wereld komen in een apart bakje en daar op kunnen groeien valt te rekenen op ongeveer 20-30 jongen per nest. De jongen eten vanaf dag 1 al alle soorten voer, zolang het maar klein genoeg is. Als kweken het doel is, mag deze soort niet samen gehouden worden met Chindongo saulosi of andere soorten met oranje vrouwtjes. Als dit toch gebeurt, is de kans op kruisingen erg groot.
In een Malawi-aquarium van een meter of groter kan deze soort prima gehouden worden. Met behulp van stenen en sterke planten moet er gezorgd worden voor wat holen en spleten. De temperatuur van het aquarium ligt op ongeveer 26 °C en er moet een goed werkend filter zijn zodat het water goed schoon blijft. Geregeld waterverversen met gewoon leidingwater is genoeg.