Pseudotropheus sp "elongatus"
Pseudo = onechte tropheus (naar de Tropheus soorten uit het Tanganyika meer). Elongatus = verlengd, Mpanga verwijst naar de vindplaats.
Formeel nog onbeschreven soort.
Ad Konings, Malawi cichliden in hun natuurlijke omgeving
De soort is er één uit het Elongatus complex, allen nog onbeschreven soorten die sterk op elkaar lijken. Het is een typische Mbuna cichlide, zowel qua uiterlijk als qua voedingsgewoonten. De mannetjes zijn diep zwart met intense blauwe dwarsstrepen. De vrouwtjes hebben ook blauwe strepen, maar minder fel en op een grijs/bruine ondergrond. De mannen vertonen vaak één of meer eivlekken, hoewel ook de vrouwen die kunnen hebben. De soort wordt ongeveer 12 cm groot, vrouwtjes blijven iets kleiner.
Mpanga, andere varianten komen door het gehele meer voor.
De mannen houden er in de broedtijd een territorium op na en kunnen dat zeer fel verdedigen. In eerste instantie gaat de agressie vooral uit naar soort- en sexe genoten. Andere soorten worden doorgaans getolereerd, maar het is een temperamentvol visje. Ze zijn prima in een wat grotere groep te houden, daarbij zal één of meer mannen duidelijk dominanter zijn dan de andere. Wel altijd zorgen voor meer dan één vrouw per man, de mannen jagen continue achter de vrouwtjes aan. Indien ze groepsgewijs gehouden worden, zal men dat moeten doen met veel mannen (minimaal vijf).
Een typische algengrazer. De soort kamt algenvelden af op zoek naar eetbare beestjes. In het aquarium vertaalt zich dit naar een overwegend plantaardig dieet (Spirulinavlokken), aangevuld met kleine kreeftachtigen en een goede kwaliteit granulaat. Ze eten vrijwel alles, maar pas op met vet of eiwitrijk voer. De soort is gevoelig voor de Malawi bloat (flagelatenziekte). Bovendien worden ze er niet mooier op als ze té groot worden.
Zoals bij zoveel Mbuna, is het kweken van de dieren niet moeilijk. De vrouwtjes lijken bijna altijd afzetbereid te zijn, en de mannen laten er dan vaak ook geen gras over groeien. In het normale aquarium zullen ze al snel overgaan tot paren. Het afzetten vind plaats tussen de rotsen, de soort is een maternale muilbroeder. Het vrouwtje houdt de eitjes/jongen een week of drie vast, daarna zal ze een plekje opzoeken om de jongen los te laten. De jongen zijn prima groot te brengen met fijngewreven vlokken of gemalen granulaat. Cyclops is goed voer voor ze zodra ze groot genoeg zijn om dat aan te kunnen.
Ondanks het kleine formaat, is deze soort in een bak kleiner dan 120 cm / 250 liter al snel te dominant. Ze hebben beslist wat ruimte nodig voor het territorium tijdens de broedtijd. Inrichten met veel zand en vooral veel stenen. De soort blijft boven de rotsen.