Lamprologus callipterus (BOULENGER, 1906)

tekst: Melchior de Bruin - foto: Melchior de Bruin
Etymologie: 

Uitleg voor de geslachtsnaam, die in het leven werd geroepen door Schilthuis bij de beschrijving van Lamprologus congoensis:  Schilthuis heeft, zoals destijds gebruikelijk, geen verklaring gegeven voor de naam Lamprologus. Aangenomen wordt echter dat zij een combinatie voor ogen had die uit twee woorden bestond. "lampros" betekent "glanzend", terwijl "logus" de verlatijnsde versie is van "logos". Logos in dit verband te verklaren als een verbastering van logisch. Kennelijk vond zij het logisch dat de flanken van L. congoensis schitteren in het zonlicht. Callipterus = met fraaie vinnen  

Referentie: 

Proceedings of the Zoological Society of London; p 494-497. Transactions of the Zoological Society of London 15 (1); p 1-30  

Literatuur: 

Konings, Ad: Back to Nature gids voor Tanganyika cichliden (tweede druk).
Schütz, D. & Taborsky, M. (2000). "Giant males or dwarf females: what determines the extreme sexual size dimorphism in Lamprologus callipterus?" Journal of Fish Biology 57, 1254-1265.  

Beschrijving: 

De ,«Lamprologuscallipterus is een bijzondere cichlide. De lengte van een volwassen man ligt rond de 16 cm. De lengte van een volwassen vrouw is slechts 6 cm. Halfwas mannen leven vaak in scholen of groepen. Ze komen in veel verschillende habitats voor. Volwassen mannen leven solitair en hebben een harem vrouwtjes. In het meer zijn ,«L.,» callipterus mannen aangetroffen die 30 vrouwen in een harem hadden. De vrouwtjes blijven veel kleiner. De vrouw is dan ook de enige die toegang heeft tot de schelp. Ze eten in de natuur ongewervelden en kleine vissen. Grote groepen dwerg-mannen gedragen zich als een roofbende. Ze trekken al rovende het meer rond op zoek naar eten.  

Herkomst: 
Tanganyikameer  
Verspreiding: 

In het gehele meer. In diverse habitats.  

Gedrag: 

Een volwassen, volgroeide man zal z'n territorium (schelpen-verzameling) verdedigen, maar stelt zich alleen agressief op tegen indringers die op een (dwerg)mannetje van dezelfde soort lijken. Andere vissen worden vrijwel genegeerd.

Voedsel: 

Cichlidenvlokken, mysis, krill, cyclops en daphnia zijn prima voedsel voor deze cichlide.  

Kweek: 

Ook hier is de «Lamprologus» callipterus een bijzonder geval. De volwassen mannen leven, zoals gezegd, met een harem vrouwen. Maar, dat wil niet zeggen dat hij ook daadwerkelijk de eitjes van de vrouwen bevrucht. De halfwas mannen hebben een slimmigheidje uitgevonden om tóch voort te planten. Halfwas mannen kunnen, binnen enkele seconden (eigen observatie), de vlekken die een «L.» callipterus vrouw typeert, namaken. Ze zien er dan (bijna) zo uit als een vrouw. Zie ook de foto onderaan deze pagina. Bovendien zijn ze ongeveer dezelfde grootte als de vrouwen. Op deze wijze kunnen ze vrij gemakkelijk het territorium (lees: gezichtsveld) van de volwassen «L.» callipterus man binnenzwemmen. Deze merkt het bedrog pas na enkele seconden. Precies genoeg om letterlijk bij een vrouwtje in de schelp te duiken en haar eitjes te bevruchten. (Zie ook de film: "Lake Tanganyika, Jewel of the Rift" na 34:40. Volgens deze film lijven sommige «L.» callipterus hun hele leven klein. (vormen als het ware een soort dwerg-variant). Door het samenscholen van de kleine «L.» callipterus mannen vergroten ze hun kans op slagen bij hun pogingen vrouwtjes in harems te bevruchten.  

Aquarium: 

Het aquarium dient niet te klein te zijn. Pas in aquaria vanaf 100 cm lengte gedragen de mannen zich enigsinds natuurlijk. In te kleine aquaria zijn ze vaak schuw. Een succesvolle inrichting kan bestaan uit een flink hol van enkele grote stenen, met voldoende ruimte ervoor. Hier zal de L. callipterus man schelpjes verzamelijk voor z'n harem. Zorg voor voldoende schelpen!  

Stoplicht: 
Groen
Herkomstgebied: