Pelmatochromis buettikoferi (STEINDACHNER, 1894)
Pelma betekent in het Grieks zool, chromis verwijst naar "kleur" of de oude naam voor cichlide. buettikoferi , naar Johann Büttikofer, een Zwitsers zoöloog met vissen als bijzonder interessegebied. Was curator voor vogels aan het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden van 1894 tot 1897 en van 1898-1924 was hij de directeur van Diergaarde Blijdorp te Rotterdam.
Daget, J. 1991 Pelmatochromis. p. 361-362. In: J. Daget, J.-P. Gosse, G.G. Teugels and D.F.E. Thys van den Audenaerde (eds.) Check-list of the freshwater fishes of Africa (CLOFFA). ISNB, Brussels; MRAC, Tervuren; and ORSTOM, Paris. Vol. 4.
,
Middelbruine tot, een lichte geelbruine, kleur op de flanken. De flanken zijn voorzien van 5 à6 vertikale banden, zichtbaar afhankelijk van de gemoedstoestand waarin de vis zich bevindt. De buikpartij is oranjebruin gekleurd. De keel is wat lichter gekleurd. De dorsale vin is oranje gekleurd aan het begin, aan de achterzijde wat lichter gekleurd, voorzien van donker oranje streepjes en een witte submarginale band. De staartvin is voorzien van smalle witte strepen en een lichtoranje submarginale band. De buik- en aarsvin zijn geel-oranje gekleurd. De borstvinnen zijn doorzichtig. Aan de bovenkant tegen de basis van de rugvin, is het lichaam, voorzien van een donkere vlek, de zogenaamde "pelmatochromis-vlek". Het, geslachtonderscheid is moeilijk, het mannetje is iets grover en, heeft een , langere rugvin. De lengte van deze vis is, ca 20 cm.
Senegal tot Liberia
Leeft groepsgewijs. Is een redelijke rustige soort en stelt geen aparte eisen aan het water.
Alleseter, diepvries en droogvoer.
Substraatbroeder die rust nodig heeft. Legsel zwemt na 7 dagen vrij welke door beide ouders bewaakt worden. Deze vis stelt geen bijzondere eisen aan de waterkwaliteit.
Kantlengte min 120 cm Inrichten met steengroepen,wortelhout en wat plantengroepen