Vinstraalformule
Vinstraalformules worden veelal gebruikt in visbeschrijvingen. De symbolen die voor deze formule gebruikt worden zijn hoofdletters, Romeinse- en Arabische cijfers.
De hoofdletters vertegenwoordigen de vinnen. De Romeinse cijfers vertegenwoordigen de stekelstralen en voor de zachte vinstralen worden Arabische cijfers gebruikt.
Een voorbeeld van een vinstraalformule die geldt voor de Baars:
D1 XIII-XVII, D2 I-II/13-16, A 11/8-10, P 14, V 1/5.
D1 staat voor de voorste rugvin, D2 staat voor de achterste rugvin, met A wordt de aarsvin aangegeven, voor de borstvin de P en voor de buikvin wordt de V gebruikt. De staartvin wordt aangeduid met een C, maar wordt vaak niet opgegeven omdat deze per groep vrij constant is.
Bij de Baars is de achterste rugvin, aangeduid als D2 dus voorzien van 1-2 harde stralen en 13-16 zachte stralen.