Gephyrochromis moorii BOULENGER, 1901

Tekst: Johan Verheesen Foto: Herman Wunderink
Etymologie: 

Gephyrochromis: vanuit het Grieks, Gephyra = brug; chromis is een vis, mogelijk een baars. moorii = ter ere van de Engelse bioloog John Edmund Sharrock Moore (10 mei 1870 - 15 januari 1947), die vooral bekend was vanwege het leiden van 2 expedities in Tanganjika, 1894 -1897 en 1899 - 1900.

Referentie: 
Maréchal, C., 1991. Gephyrochromis. p. 92-93. In J. Daget, J.-P. Gosse, G.G. Teugels and D.F.E. Thys van den Audenaerde (eds.) Check-list of the freshwater fishes of Africa (CLOFFA). ISNB, Brussels; MRAC, Tervuren; and ORSTOM, Paris. Vol. 4. (Ref. 5637)
 
Literatuur: 

Malawicichliden in hun natuurlijke omgeving, 4e oplage 2007, Ad Konings. ISBN 978-90-806000-4-1

Offshore cichlids of lake Malawi, 1996, George Turner. ISBN 3-928457-33-0, uitgever Cichlid Press.

Beschrijving: 

Gephyrochromis moorii is een schitterende mbuna die erg veel lijkt op Pseudotropheus sp. "acei". Met name de populaties van P. sp. "acei" die aangetroffen worden in Senga Bay en bij Chitande Island hebben een grote gelijkenis in het kleurpatroon. Het verschil tussen beide soorten wordt vooral bepaald door de tanden. De P. sp. "acei" hebben bicuspide tanden (2-puntig), kenmerkend voor het geslacht Pseudotropheus. De Gephyrochomis moorii onderscheidt zich van overige mbuna's door de speciale vorm van de tanden. De kaken zijn voorzien van erg dichte reeks van lange en dunne tanden. De rij met tanden in de bovenkaak zijn naar binnen gebogen. De onderkaak is voorzien van tanden die juist naar voren staan, wat kenmerkend is voor een zandbewonende cichlide. De lengte van de tandpunten zijn niet even lang. De éne is wat groter als de andere. Als deze mbuna wat ouder wordt verliest deze van de buitenste rij de 2e punt en worden de tanden unicuspide (één punt). De man van G. moorii is paarsachtig blauw met oranje in het dorsale gedeelte van het  lichaam, welke doorloopt in de rugvin. De vrouwen en juvenielen zijn oranje-bruin gekleurd. De buikvinnen zijn wit gekleurd. Deze cichlide bereikt een lengte van 13 cm. In het aquarium zal dit door de aanwezigheid van voldoende voedsel waarschijnlijk wat groter zijn. 

Verspreiding: 

Gephyrochromis moorii is endemisch voor het Malawimeer en wordt gevonden aan de zuidelijke kant van het meer, waar ze onder meer gezien zijn bij Senga Bay, van Monkey Bay tot Zimbawe Rocks, bij Maleri Island, Domira Bay, Ngara, Ruarwe alsook in de Rukuru river.  Ze worden aangetroffen op een diepte tussen de 6 en 37 meter, waar zij voornamelijk worden aangetroffen op de zandbodem van het meer. 

Gedrag: 

De mannetjes van Gephyrochromis moorii hebben geen vast territorium, maar verjagen wel de overige mannetjes van eigen soort uit hun voedselterritorium. Het gedrag komt overeen met dat van Pseudotropheus sp. "acei". 

 

Voedsel: 

Gephyrochromis moorii zoekt in het sediment naar kleine evertebraten en schaaldieren door een hap te nemen uit het sediment en deze te zeven. In het aquarium is het een makkelijke eter.  

Kweek: 

Betreft een  maternale muilbroeder. Er is niet veel terug te vinden over de kweek met deze vissen, maar het schijnt dat de kweek vrij eenvoudig is.

Aquarium: 

Een aquarium vanaf 120 cm, liefst groter, met een zandbodem en enkele schuilplaatsen. Kies voor wat rustige mbuna's of zandbewoners als gezelschap.

 

Stoplicht: 
Groen
Herkomstgebied: