Aristochromis christyi TREWAVAS, 1935

Tekst: Johan Verheesen - foto's: Wim Breukink             
Etymologie: 

Aristo= excellent; chromis= vis; christyi= genoemd naar Dr. Cuthbert Christy, directeur van het Congomuseum.  

Referentie: 

 Maréchal, C. 1991 Aristochromis. p. 7. In J. Daget, J.-P. Gosse, G.G. Teugels and D.F.E. Thys van den Audenaerde (eds.) Checklist of freshwater fishes of Africa (CLOFFA). ISNB, Brussels; MRAC, Tervuren; and ORSTOM, Paris. Vol. 4.  

Literatuur: 

Cichlidae 19 (5) oktober 1993, Walter Deproost. Malawicichliden in hun natuurlijke omgeving, 4e oplage, Ad Konings.

Beschrijving: 

Aristochromis christyi is een rover die een totale lengte van 30 cm kan bereiken. Het vrouwtje blijft wat kleiner. Opvallend aan deze vis is de sterk zijdelings samengedrukte kop (zie foto onder) en het eigenaardige kopprofiel, waarvan het bovenste deel convex is tot aan de ogen om dan steil naar de snuit af te hellen. Dit maakt deze cichlide tot een aparte verschijning. Volwassen mannen kunnen prachtig groen/blauw kleuren. De aarsvin is overwegend rood met enkele blauw/witte stippen. Vrouwtjes en jonge exemplaren zijn grijsachtig gekleurd met bruine tinten. Vanaf de nek naar het midden van de staartwortel loopt een schuine en opvallend zwarte band. Bij de man is deze ook aanwezig, maar kan als deze mooi gekleurd is bijna volledig verdwijnen. Het geslachtsonderscheid is enkel vast te stellen bij volwassen dieren dmv de kleur en tekening. Daarnaast heeft een mannetje een spitsuitlopende rug-en aarsvin.  

Herkomst: 
Malawimeer  
Verspreiding: 

Aristochromis christyi wordt in het gehele meer aangetroffen.  

Gedrag: 

Deze rover is relatief agressief. Het best wordt slechts 1 man gehouden op meerdere vrouwtjes.

Voedsel: 

Aristochromis christyi is zoals al eerder vermeldt een rover. In zijn natuurlijke omgeving jaagt deze vis voornamelijk op kleine Mbuna met een lengte tot 8 cm, maar kan een prooi hebben tot zijn eigen lengte. Deze vis heeft een jachttechniek die sterk lijkt op die van Tyrannochromis macrostoma en Exochochromis anagenys. De prooi wordt gefixeerd met één oog. Dit doet A. christyi door op zijn zij te kantelen. De vis laat zich langzaam zakken zonder de prooi uit het oog te verliezen. Als de rover wat dichter nadert dan doet hij zich voor als een zieke vis door wat te schudden met zijn lichaam. Wanneer de prooi dichtgenoeg benaderd is slaat de rover toe met een zijwaartse slag van de muil. Eenmaal in de muil van deze rover is het voor de prooi niet meer mogelijk om uit de sterke kaken te ontsnappen. In het aquarium geef je deze vis diepvriesvoer zoals garnalen, mosselen en visvlees.  

Kweek: 

Voor het afzetten graaft A. christyi een ondiepe kuil in het zand. Een maternale muilbroeder. Broedzorg wordt enkel door het vrouwtje uitgevoerd. Het legsel bevat ongeveer tot 50 relatief grote eieren. De jongen worden na om en nabij de vier weken losgelaten. Hierna blijft de broedzorg nog even doorgaan. Bij gevaar neemt het vrouwtje de jongen terug in de muil.  

Aquarium: 

Het best wordt deze vis gehouden in een aquarium vanaf 250cm met enkele rotsblokken en samen met andere grotere rovers. Het houden samen met kleiner blijvende cichliden kan het best vermeden worden. Deze kunnen als voedseldieren gezien worden.

Stoplicht: 
Oranje
Herkomstgebied: