Tilapia ruweti (POLL & THYS VAN DEN AUDENAERDE, 1965)
Tilapia is afgeleid van "thiape", het woord voor vis in de inheemse Tswana-taal. ruweti, vernoemd naar een Belgische ornitholoog genaamd Jean-Claude Ruwet.
Teugels, G.G. and D.F.E. Thys van den Audenaerde 1991 Tilapia. p. 482-508. In: J. Daget, J.-P. Gosse, G.G. Teugels and D.F.E. Thys van den Audenaerde (eds.) Check-list of the freshwater fishes of Africa (CLOFFA). ISNB, Brussels; MRAC, Tervuren; and ORSTOM, Paris. Vol. 4. (Ref. 5163)  ,
Michel Keijman, Cichlidae 36-3, juni 2010
Tilapia ruweti is een kleinblijvende soort. De mannetjes bereiken een lengte van ongeveer 10 cm. De vrouwtjes worden niet groter dan ongeveer 8 cm. De grondkleur van deze vis lijkt op zeegroen met een blauwe weerschijn. Als het mannetje in een normale stemming is, dan heeft deze rood-oranje vlekken op de flanken. Zie het NVC-periodiek Cichlidae 36-3 voor een uitgebreide beschrijving.
Het verspreidingsgebied van T. ruweti is vrij groot en strekt zich uit van de waterscheiding tussen de Kongo en de Zambezi tot het stroomgebied van de Okavango. (dus van de Demokratische Republiek Kongo tot in Botswana)
Deze vis kan zich ondanks zijn geringe afmeting goed handhaven.
In de vrije natuur bestaat het voedsel uit detritus, zachtbladerige planten en insektelarven.
T. ruweti kan als volwassene legsels produceren die bestaan uit 200 tot 400 eieren. Bij dreigend gevaar neemt het mannetje de jongen in de bek.
Dient een lengte te hebben van minimaal 100 cm.
